Proefpersonen ruiken hun eigen winden |
Hij toetste met zijn team zijn hypothese dat mensen van nature hun scheten lekker vinden, middels een experiment op de Geneeskundige Faculteit. Onder valse voorwendselen werden studenten geneeskunde gevraagd mee te doen aan een zogenaamd onderzoek naar het effect van bepaalde voedingstoffen op het prikkelbare darmsyndroom. 143 studenten werden een week lang onder volledig gecontroleerde omstandigheden geobserveerd in het Behavioral Science Lab.
Ze kregen een strikt
dieet voorgeschoteld van uitsmijters, chili con carne, zuurkoolschotel, bier en uiensoep. Daarnaast kregen ze een EEG-badmuts op waarmee de hersengolven gemeten konden worden, zogenaamd om pijnprikkels te meten.Wat ze niet wisten was dat de badmuts bedoeld was om genotsbelevingen te registreren op het moment dat de studenten hun eigen winden roken. Daarnaast werden de deelnemers geobserveerd via verborgen camera's. Het strikte dieet zorgde ervoor dat ze bijna continu werden blootgesteld aan hun eigen darmgassen.
Frans Spannenberg doet aan Overig-Nieuws.nl verslag van zijn bevindingen. Spannenberg: "We hebben een enorm sterk verband gevonden tussen het ruiken van de eigen scheet en het ervaren van genotsbeleving. Hiervoor hebben we een geurappreciatieschaal ontwikkeld die ze in vragenlijsten kregen voorgeschoteld. Daarnaast werd de EEG-helm gecalibreerd op dezelfde schaal voor een controlemeting. De schaal was een vijfpunts ordinale schaal:
1- Help laat me eruit!
2- Hè bah
3- Oeps een scheetje
4- Mmmh!
5- Mijn God wat is dit lekker ik kan in vrede sterven
De EEG-helm vertaalde de geurbeleving naar bovengenoemde schaal en het bleek dat er ruim boven de Mmmh! werd gescoord. Dit strookte niet met hun antwoorden in onze vragenlijsten waar bijna iedereen niet hoger dan 3 noteerde en gemiddeld slechts 2,2. Ook uit camera-observatie kwam naar voren dat de zich onbespied wanende studenten na het laten van een wind bewust de scheetgeur opzochten, soms zelfs door scheppende bewegingen te maken van hun anus naar hun neus. Ook ging hun ademfrequentie sterk omhoog en werd er consequent door de neus geademd."
Op de vraag wat de maatschappelijke relevantie is van het onderzoek, moest professor Spannenberg het antwoord schuldig blijven. "Dat interesseert me niet, ik doe alleen fundamenteel onderzoek. Ik ben te geïnteresseerd in fundamentele vragen om me met toegepast onderzoek bezig te moeten houden."